Mr

PEETERS Philippe Ottignies

, door Michel Possoz

Ouderdom : 45

Nationaliteit : Belg

Ster: Welke beroepsactiviteit oefen je uit?

Na mijn studies als architect en mijn legerdienst (die was toen nog plicht) was ik zelfstandige architect en medewerker in een architectenbureau. Dan heb ik als gemeentearchitect gewerkt in de dienst der gebouwen van de gemeente Evere. Daarna heb ik vijftien jaar lang de dienst voor urbanisme van de gemeente Schaerbeek geleid. Nu werk ik op de dienst “architecturale en urbanistische bijstand” bij de Landelijke Stichting van Wallonië en bij de “Maison de l’Urbanisme” van Lorraine-Ardennen.

Ster: Waar en hoe ben je ermee begonnen muziek aan te leren en te spelen?

Als kind was ik goed begaafd om bij het luisteren muziek te herkennen die ik hoorde, en ik speelde die op speelgoedinstrumenten. Tegelijkertijd was ik lid van het zangkoor van de school, “Les Fils du Soleil” waarmee ik verschillende 45 toerenplaten opgenomen had. Mijn ouders hadden vastgesteld dat ik een gevoel voor muziek had en over een muzikaal oor beschikte. Ze hebben mij dus voorgesteld naar de muziekschool van Evere te gaan (daar heb ik tijdens mijn ganse jeugd gewoond). Na één jaar notenleer heb ik mijn instrument gekozen: de klarinet.

Ster: Waarom heb je de klarinet gekozen?

Ik weet niet waarom, maar ik voelde mij steeds alleen aangetrokken door blaasinstrumenten. Wanneer ik gekozen heb had een kleinigheid mij ertoe kunnen brengen voor de trompet, de fluit of de saxofoon te opteren. Dit waren de enige blaasinstrumenten die ik min of meer kon identificeren (niemand in mijn omgeving speelde muziek). Een korte tijd alvorens ik mijn instrument ging kiezen had een schoolkameraad een uitleg gebracht over de klarinet die hij sedert enkele jaren aanleerde. Hij heeft ons een kleine demonstratie gebracht en dat beviel mij. Ik heb dus de klarinet gekozen.

Ster: Bespeel je ook een ander instrument?

Ja, de saxofoon. Wanneer ik mij met de klarinet goed begon te redden heeft mijn leraar mij voorgesteld de saxofoon ook aan te leren. Dit was vanzelfsprekend een mooie uitdaging. Ik heb dus één maand verlofwerk gedaan om de aankoop van een alt saxofoon te kunnen financieren. Later heeft een andere harmonie mij voorgesteld bariton saxofoon bij hen te komen spelen (ze stelden mij een instrument ter beschikking). Zo ben ik “saxbaritonist” geworden.

Ster:Heeft je zoon Tanguy ook lust in het aanleren van de muziek?

Het is duidelijk dat Tanguy (8 jaar) een uitstekend muzikaal oor heeft. Hij mag mijn oude klarinet gebruiken en ik blijf te zijner beschikking om hem wat hij wenst aan te leren. Voor het ogenblik bestaat zijn groot plezier in het brengen van zo luid mogelijke “couacs”. Ik hoop dat hij later een andere interesse eraan zal hebben. Dan zal hij muzieklessen volgen maar ik wil hem niet dwingen.

Ster: Ik denk te weten dat je onze chef sedert talrijke jaren kent?

Paul was leraar voor klarinet en saxofoon voor de Nederlandstalige leerlingen tijdens dezelfde uren als mijn leraar, in de klas ernaast. Vermits ik met de klarinet begonnen ben toen ik dertien was, moet ik hem sedert ten minste 32 jaar kennen.

Ster: Sedert hoeveel jaren speel je in ons midden?

Op een zekere dag, wanneer Paul zo pas het dirigentstokje van de Harmonie overgenomen had, heeft hij mij voorgesteld naar de Harmonie “De Ster” te komen, die op woensdag avond repeteerde in de turnzaal van de muziekschool (de huidige Aula Toots). Ik heb dit aanvaard en sedert toen speel ik mee. Het was in 1979 of in 1980.

Ster: Je hebt dus de evolutie van het orkest gekend?

Ik heb inderdaad deze evolutie (revolutie!) meegemaakt sedert de overname van Paul. Van een traditioneel repertorium (marsen, klassiekers,…) zijn wij zonder het te voelen overgestapt naar een variëteitenrepertorium met een felle big band kleur. Het was zeker niet gemakkelijk: hij mocht tegen het bestuur niet stoten, hij mocht geen muzikanten of leden verliezen. Ik weet nog dat wij ons op een zeker moment met een klein twintigtal muzikanten op het podium voor de concerten terugvonden (met inbegrip van de onmisbare versterkingen).

Ster: Heb je voor deze evolutie een verklaring?

Ik denk dat er meerdere verklaringen hiervoor zijn. Vanzelfsprekend zijn er interacties.

1)        Ik denk dat Paul wist wat hij wilde en hoe er te geraken. Hij had op tijd gevoeld dat het traditioneel kanteel van de harmonieën aan het sterven was. De liefhebbersmuzikanten leren de muziek en spelen ze voor hun plezier. Er moet dus muziek zijn die hun meevalt. In het algemeen is het een muziek van hun tijd en die ze in het oor hebben. En welke muziek hebben de volwassenen van vandaag het meest in hun geheugen? Het is de volksmuziek die van de twintig jaren tot de tachtig jaren gaat, juist de leidraad van ons repertorium.
2)        Paul beschikt onder andere over een enorme overtuigingskracht, een grote scherpzinnigheid en de voorzichtigheid van een Indiaan. Dit liet hem toe de steun en het vertrouwen van het bestuur, van invloedvolle mensen (sponsoren, politici) en, vanzelfsprekend, van de muzikanten te krijgen.
3)        Door zijn stijl van directie, door de keuze van de muziekstukken en het snel veranderen van repertorium, worden begaafde liefhebbersmuzikanten en ook vroegere beroepsmuzikanten aangetrokken en hij zorgt er voor dat ze trouw blijven. Maar hierbij zijn de beginnelingen niet uitgesloten. Op hun beurt worden die aangemoedigd door de « leiders » en genieten ze van hun deelname aan een kwaliteitsvolle ensemblemuziek.
4)        Door zijn menslievende kwaliteiten trekt hij de sympathie van iedereen aan, persoonlijkheid, ouderdom, geslacht, taal, sociaal milieu spelen daarbij geen enkele rol.
5)        Achter de schermen is er een aantal mensen die zich zonder hun tijd te rekenen inzetten om dit succes te verzekeren en verder te voeren. Ik denk in het bijzonder aan het bestuur. Opdat iedere muzikant van zijn muzikaal (en gezellig) plezier iedere woensdag en tijdens de concerten kan genieten, moeten er een aantal mensen zijn die tientallen uren iedere week buiten deze momenten bezig zijn om er voor te zorgen dat alles goed verloopt (organisatie, logistiek, financiën, secretariaat, enz.)..

Ster: Welke muziekstijl hoor je het liefst of speel je het liefst?

Wat ik graag hoor speel ik graag. In de werkelijkheid zijn er in alle muziekstijlen dingen die ik graag en niet graag heb. Het gaat van de Herleving naar de hedendaagse muziek, over jazz, rock, pop en alle populaire muziek. Het enige muziek dat ik niet ten prijs kan stellen is techno, house, rap… maar dit zal misschien nog komen. Vóór een twintigtal jaren kwam ik niet terecht met funky muziek, nu wel. Maar ik heb toch een voorkeur voor de “big band” sonoriteit.

Ster: Sedert korte tijd woon je in de Ardennen. Het concert in Taisnières (Frankrijk) was je laatste concert met « De Ster ». Hoe beleefde je dit?

Het was natuurlijk aardig! Ik weet niet of ik wel besefte dat het mijn laatste concert met jullie was. Nochtans dacht ik er ononderbroken aan en dit heeft mij op meerdere keren verstrooid. Ik heb toch in mijn eigen gedacht “Allee, Philippe, het is het laatste, het moet goed zijn”. Ik dacht er speciaal aan in “Orpheus in de Onderwereld”. Ik heb nooit verwacht dat mijn vertrek vóór het (Frans) publiek aangekondigd zou worden. Dit ging me vol ten harte, alsook het geschenk dat mij aangeboden werd.

Ster: Omwille van je verhuizing heb je eveneens het kwartet Sax-O-Carré moeten verlaten. Je was er sedert zijn oprichting lid van. Dit zijn toch talrijke veranderingen in je muzikantenleven. Jaagt dit je geen schrik aan ?

Sax-o-carré, dat nu als naam “sax 4.1” draagt (niets te maken met mijn vertrek) zal ook een onvergetelijk en emotievol aandenken blijven. De bijzonderheid in deze groep is dat hij geboren is en geleefd heeft door de collectieve wil van meerdere makkers muzikanten om samen muziek te spelen. Ik denk niettemin dat de vriendschap zal blijven bestaan, ook wanneer wij niet meer samen spelen.

Ster: Heb je reeds projecten met andere orkesten?

Neen, maar ik reken er wel mee iets fatsoenlijks in de streek te vinden. Op voorhand weet ik dat het nooit zo goed zal zijn als “De Ster”.

Ster: Sedert enkele tijd zijn er jonge muzikanten in het orkest aangekomen, wat zou je hen willen zeggen?

1)        U hebt de goede keuze gemaakt, beter bestaat elders niet.
2)        Bent U soms of zelfs dikwijls verloren, wees gerust gesteld, dit is helemaal normaal.
3)        De harmonie is niet alleen een orkest, het zijn ook een groot aantal formidabele mensen die het verdienen dat men ze beter kent.

Philippe,wij willen je van harte bedanken voor al deze jaren in ons midden. Wij behouden van jou de herinnering van een zeer trouwe muzikant, van een echte vriend voor iedereen en wensen je veel wel verdiend geluk in je nieuw leven.